Elk jaar een nieuwe programmeertaal leren. Het is iets wat ik de afgelopen jaren met wisselend succes heb geprobeerd. Het is leerzaam om inzichten die taalontwerpers hadden voor de ene taal te vertalen naar een andere. Het nadeel is dat documentatie voor programmeertalen geschreven wordt voor een breed publiek, dus je moet vaak eerst door een hoop basismateriaal heen lezen voordat je bij “the good stuff” komt. Dat is jammer, want als je een andere natuurlijke taal leert, hoef je (meestal) ook niet eerst het alfabet en het concept van “woorden” opnieuw te leren.

Nu werd ik deze week gewezen op Rosetta Code, waar complexere problemen en constructies worden gedeeld voor veel verschillende programmeertalen, als een soort Steen van Rosetta voor de informatica dus. Ook handig als je bijvoorbeeld even een CRC-32 wil berekenen zonder de volledige wiskunde op Wikipedia te hoeven lezen en doorgronden.